SAFE System
Het ontbreekt echter nog steeds aan een echte verkeersveiligheidscultuur. Weggebruikers begaan soms fouten die niet mogen leiden tot een overlijden of zware verwondingen.
Eén manier om het aantal verkeersdoden en -gewonden terug te dringen, bestaat erin samen met alle ontwerpers van de infrastructuur een systematisch veilige aanpak – SAFE SYSTEM – te hanteren.
Actie 1 - De gemeenten voeren een globaal actieplan uit
De acties in dit plan, en dan vooral de acties in verband met snelheid (SAFE SPEED) en infrastructuur (SAFE STREET), richten zich tot de wegbeheerders, het gewest en de gemeenten. Om de met de partners, met inbegrip van de gemeenten, vastgestelde doelstellingen te bereiken, moeten de gemeenten de acties overnemen in hun eigen investeringsplannen, actieplannen verkeersveiligheid of mobiliteitsinitiatieven. Deze acties zullen regelmatig worden opgevolgd in het kader van de monitoring van het gewestelijke mobiliteitsplan.
Actie 2 - De uitvoering van het Actieplan wordt zorgvuldig opgevolgd
De evaluatie van het plan verloopt via opvolging van 2 soorten indicatoren:
- outputindicatoren: aan elke actie hangen doelstellingen vertaald in gekwantificeerde indicatoren vast
- impactindicatoren: de evolutie van de ongevallencijfers naar doelstelling nul doden en zwaargewonden
De dienst Planificatie van Brussel Mobiliteit zal tweemaal per jaar een voortgangsverslag opvragen en dit voorleggen aan de Gewestelijke Mobiliteitscommissie. Wanneer de indicatoren niet in gunstige zin evolueren, worden corrigerende acties ondernomen.
Actie 3 - De burger en de institutionele partners worden geregeld geraadpleegd
De ontwikkelde expertise op het vlak van verkeersveiligheid maakt het mogelijk om het beleid te sturen en acties te plannen. Het is echter noodzakelijk om die acties op een representatieve manier te kunnen toetsen aan de mening van de burgers.
De campagnes van Brussel Mobiliteit zullen worden geëvalueerd door representatieve burgerpanels, zodat het beleid kan worden bijgestuurd en de doeltreffendheid van gedragsveranderingen kan worden verbeterd. De Gewestelijke Mobiliteitscommissie zal een grotere rol spelen bij het opvolgen van de indicatoren en het communiceren van de resultaten.
Actie 4 - Het parket en de rechtbanken kunnen de overtredingen behandelen
De automatische behandeling van verkeersboetes met behulp van het platform Crossborder Traffic is vertaald in een stijging van het aantal vaststellingen en vervolgingen voor inbreuken op de verkeersregels. De geleidelijke afschaffing van de quota’s en tolerantiemarges zou deze trend nog kunnen versterken. De oprichting van een nationaal parket om de behandeling van boetes te centraliseren wordt overwogen, waarbij Brussel Mobiliteit de samenwerking met het federale niveau vergemakkelijkt.
Actie 5 - Wegcriminaliteit wordt opgespoord, aangepakt en bestreden
Les comportements de délinquance routière, tels que les rodéos urbains, impactent fortement la qualité de vie et la sécurité des citoyens, surtout dans les quartiers densément peuplés. Ces problèmes relèvent davantage du maintien de l'ordre que des politiques de mobilité. Bruxelles Mobilité prévoit des sondages d’opinions pour établir une représentation correcte des phénomènes et, en collaboration avec la police, déterminer les meilleures actions pour les contrer.
Het gedrag van wegcriminelen heeft een zeer grote invloed op de levenskwaliteit van de bevolking. Dergelijk crimineel gedrag, dat zich soms afspeelt midden in zeer dichtbevolkte wijken, vormt in combinatie met de verzwarende factor snelheid een belangrijk risico voor de burger. Het probleem van straatraces of ander daarmee samenhangend gedrag moet eerder met streng politiewerk worden aangepakt dan met behulp van een mobiliteits- en verkeersveiligheidsbeleid. Brussel Mobiliteit voorziet een reeks enquêtes om een correcte voorstelling van de fenomenen te hebben. Samen met de politie kunnen dan de beste actiemiddelen bepaald worden.
Actie 6 - Politieagenten worden beter opgeleid in de problematiek
De verkeersfunctie moet worden opgewaardeerd via een goede opleiding van de politieagent waarin de uitdagingen en doelstellingen van verkeersveiligheid aan bod komen. Deze opleiding moet tijdens de hele loopbaan van de agent voortdurend worden bijgewerkt. Er is echter een evenwicht nodig om ervoor te zorgen dat een toename van de opleidingen andere diensten niet verstoort. Er moet worden nagedacht over hoe Brussel Mobiliteit de verkeersveiligheidstraining kan vergemakkelijken.
Actie 7 - Statistische gegevens zijn beschikbaar en bruikbaar
Het beheer van de verkeersveiligheid vereist nauwkeurige informatie over aanrijdingen. In het kader van de identificatie van de OGZ’s die momenteel worden opgelost, had Brussel Mobiliteit de gegevens, noch de capaciteit om ze te behandelen. Een studiebureau identificeerde 101 ongevalgevoelige zones met prioriteit 1 of 2. Er bestaat nu statistische informatie binnen Brussel Mobiliteit; ze is lokatiegebaseerd en exploiteerbaar. Brussel Mobiliteit zal om de twee jaar de ongevalgevoelige zones updaten. Er zullen ook verschillende dashboards voor de monitoring van indicatoren, zoals de ernst van aanrijdingen, ter beschikking van de wegbeheerders worden gesteld.
Actie 8 - Een registratieplatform voor burgers en weggebruikers
Een degelijke verkeersveiligheidsstrategie vertrekt van correcte gegevens over aanrijdingen. Maar minder ernstige aanrijdingen en valpartijen, vooral die waarbij kwetsbare weggebruikers betrokken zijn worden te weinig geregistreerd. Om over nauwkeuriger gegevens te beschikken, wordt overwogen een categorie aanrijdingen/valpartijen aan Fix My Street toe te voegen.Weggebruikers kunnen op die manier melden waar een ongeval of valpartij heeft plaatsgevonden, dat niet door de politie werd vastgesteld en geregistreerd.
Actie 9 - Elke dodelijke aanrijding geeft aanleiding tot inspectie en verslag
Met het oog op het beheren van de veiligheid van de infrastructuur en het realiseren van een vision zero, is het van belang dat de wegbeheerder snel reageert en de omstandigheden van ernstige ongevallen onderzoekt. Momenteel vinden dergelijke inspecties al plaats en worden ze uitgevoerd door de cel Verkeersveiligheid van Brussel Mobiliteit. Het kan echter zijn dat er geen informatie over de omstandigheden voorhanden is of dat er onvoldoende mankracht is om onmiddellijk tijd vrij te maken voor het onderzoek, het opstellen van het verslag en het opvolgen van de aanbevelingen. Er is nood aan een automatische procedure voor de uitwisseling van informatie tussen de politie en Brussel Mobiliteit om de reactietijden te verbeteren en de doorgifte van de rapporten aan de gemeentelijke verantwoordelijken te automatiseren.
Actie 10 - Verkeersslachtoffers en hun naasten worden begeleid
In het kader van vision zero is het van cruciaal belang om slachtoffers van aanrijdingen en hun families beter te ondersteunen. Maatregelen zoals EHBO-training voor het behalen van een rijbewijs zijn ingevoerd. Het is ook noodzakelijk om de opvang, emotionele steun en juridische bijstand voor slachtoffers te verbeteren. Harmonisatie tussen de drie gewesten wordt aanbevolen om een gemeenschappelijke minimumbasis te creëren en consistente en effectieve ondersteuning te garanderen.
Actie 11 - Recidivisten worden geïdentificeerd en op gerichte wijze opgevolgd
De impact van recidivisten bij verkeersovertredingen wordt geanalyseerd om het toezicht op overtreders te verbeteren. Het gebruik van alternatieve straffen, zoals beoordeeld door de openbare aanklager, kan worden geoptimaliseerd door het bestaande aanbod te inventariseren en belemmeringen te identificeren. Deze actie, die zowel onder de gewestelijke als de federale bevoegdheid valt, is opgenomen in het Interfederaal Plan Verkeersveiligheid. Er moeten besprekingen plaatsvinden tussen de gewesten en deze moeten worden verwerkt in de acties die vervolgens door Brussel Mobiliteit zullen worden ondernomen voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
Actie 12 - Er worden nieuwe straffen ontwikkeld
Sommige politiezones hebben de inbeslagname van voertuigen van overtreders getest als sanctie, maar deze maatregel vereist specifieke voorwaarden en toezicht. Andere sancties, zoals het puntenrijbewijs, vereisen een grondige analyse en overleg tussen professionals om de haalbaarheid ervan te beoordelen. Voordat het Brussels Hoofdstedelijk Gewest deze maatregelen kan invoeren, moeten de gewesten de bevoegdheden bespreken.
Actie 13 - Het Gewest verleent financiële steun aan de gemeenten en de politie
De uitvoering van het actieplan hangt af van de voortdurende inspanningen van de partners, ondersteund door budgettaire en personele middelen. Brussel Mobiliteit verleent subsidies aan politiezones en gemeenten om de verkeersveiligheid te verbeteren en is van plan om deze steun uit te breiden, onder meer door speciaal personeel aan te werven.
Een eerste initiatief van die aard werd al in 2020 door Brussel Mobiliteit opgestart, met de openstelling van de opdracht voor de aankoop van palen en radars voor de gemeenten. Daardoor wordt de aankoop van verkeersveiligheidsmateriaal vergemakkelijkt, wat een doeltreffende samenwerking mogelijk maakt zonder de werklast voor de gewestelijke diensten te verhogen.