Overslaan naar hoofdinhoud
Brussels Hoofdstedelijk Gewest - Homepage

De Brussels Smart City-strategie

Brussels Smart City wil een meetbare impact hebben op een geheel van indicatoren die bepalend zijn voor de levenskwaliteit van zowel burgers als ondernemingen. De keuze van de slimme oplossingen die in de praktijk kunnen worden gebracht, zal onder meer steunen op hun impact op de verbetering van de prestaties van deze indicatoren.

De verwezenlijking van deze ambitie steunt op zes pijlers die de zes politieke domeinen vertegenwoordigen die door Brussels Smart City zijn geïdentificeerd. Elk omvatten ze projecten die, naarmate ze geleidelijk tot stand komen in Brussel, de ambitie helpen waarmaken.

Deze pijlers steunen op basiselementen of katalysatoren van een ‘Smart City’. Deze basiselementen (data, technologieën, governance, samenwerking en menselijk kapitaal) zijn een noodzakelijke voorwaarde om projecten te realiseren.

Smart City Office

Het Smart City Office krijgt een leidersrol toebedeeld in de uitvoering en de opvolging van het Smart City-beleid in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

Zo zal het Smart City Office het volgende doen:

  1. Optreden als eerste aanspreekpunt om vragen te beantwoorden en informatie over het Smart City-beleid van het Brusselse Gewest te verspreiden.
  2. Optreden als kennis- en expertisecentrum dat  via workshops, rondetafels, frequente publicaties, enz. zijn verworven kennis en expertise zo veel mogelijk deelt met alle spelers van zogenaamde quadruple helix. Ook treedt het op als adviseur van de overheid en de regering van Brussels Smart City.
  3. Een netwerk ontwikkelen dat de verschillende verantwoordelijken van het Smart City-beleid regelmatig samenbrengt binnen de overheidsadministraties, ter bevordering van samenwerking en transparantie rond ‘smart’ initiatieven.
  4. Het zal de verschillende administraties actief aanmoedigen om samen te werken, synergiën na te streven en, zo nodig, maatregelen te treffen om deze samenwerking te waarborgen. Zo zullen de relevante projecten worden geselecteerd, ondersteund en gemonitord door het Smart City Office.
  5. Zorgen voor de opvolging van de doelstellingen van het Smart City-beleid.

De definitie van de slimme stad voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest

Voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest is een Smart City ʺeen stad die slimme oplossingen benut, die steunen op data en bepaalde technologieën, die de levenskwaliteit binnen een regio kunnen verbeteren.ʺ

Elk woord van deze definitie houdt kernconcepten in die om toelichting vragen:

Slimme oplossingen
Het onderscheid tussen ʺtraditioneleʺ en ʺslimmeʺ oplossingen is het gebruik van nieuwe technologieën.  Zo kan de Smart City zich alleen ontplooien dankzij het bestaan en de ontwikkeling van een betrouwbare en evolutieve structuur, met onder andere datasensoren, draadloze en breedbandnetwerken, databases en data centers, end user-uitrusting, zoals smartphones, tablets, laptops, enz. Het geheel van al deze elementen, en de combinatie ervan, maakt slimme oplossingen mogelijk, zoals conceptueel vastgelegd in de definitie van een Smart City.

Gegevens
Het tweede kernconcept van deze definitie zijn de data. Die zijn de grondstof van elke Smart City, want zij voeden de slimme oplossingen.

Een grote hoeveelheid data wordt in Brussel al gegenereerd dankzij de bestaande installaties, bijvoorbeeld via de sensoren en detectoren die de verkeersstromen meten, of via de bewakingscamera’s. 

Een Smart City is zogenaamd ʺdata drivenʺ, anders gezegd ʺtoegespitst op gegevensʺ. Zo steunen de beslissingen, de veranderingen of interventies van de stad hoofdzakelijk op de analyse van data, en niet op de intuïtie of de vroegere ervaring van de beslissingnemers.

Deze gegevens moeten betrouwbaar en van goede kwaliteit zijn. Ze moeten ook gestructureerd zijn en zo geformatteerd dat ze door informatiesystemen kunnen worden geanalyseerd en begrepen. Tevens moeten ze gestandaardiseerd zijn, zodat de verschillende informaticasystemen mekaar begrijpen (interoperabiliteitsprincipe). En last but not least, ze moeten tijdens hun volledige levenscyclus beveiligd zijn. 

De overheidsdiensten in Brussel beginnen rekening te houden met het belang van de gegevens. Voorbeelden zijn de implementatie van het ʺOpen Dataʺ-beleid en het ʺOnly onceʺ-principe.

Levenskwaliteit
Hoofddoel van een Smart City is de verbetering van de levenskwaliteit van burgers en ondernemingen. Dat concept steunt op het vermogen van een stad om het hoofd te bieden aan alle economische, sociale en ecologische stedelijke uitdagingen waarmee ze te maken krijgt. Op basis van de bestaande strategische documenten gaat het voor ons Gewest om de bevolkingsgroei, duurzaamheid en milieuvriendelijkheid, mobiliteit, economische ontwikkeling, werkgelegenheid, opleiding en onderwijs, en tot slot de strijd tegen dualisering en armoede.

De technologieën zijn geen doel op zich, maar een middel om de slimme stad van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest vorm te geven. De digitalisering ondersteunt de doelstellingen om toegevoegde waarde te scheppen voor Brusselaars, burgers of ondernemers. Data spelen daarbij een centrale rol.

Brussels Smart City kiest eindelijk voor het model van een geïntegreerde stad:

  • de smart city steunt op de inbreng en wisselwerking van vier categorieën van spelers: administratie, burgers, ondernemingen, academische wereld (onderwijs, onderzoek), volgens het principe van de “viervoudige schroef”.
  • de smart city groeit in een transversale logica: ze integreert alle dimensies van de publieke actie, los van de bevoegde overheid (lokaal, gewestelijk, communautair, federaal).

Concreet ziet het Brussels Hoofdstedelijk Gewest de smart city als een platform van innovatie en lokale participatie waar overheidssector, academische wereld, privébelangen en burgers mekaar kunnen ontmoeten en tot uitwisseling komen, om nieuwe waarde te scheppen, samen te werken en te creëren. Externe linkParadigm werkt mee aan dit model via zijn platformen die ICT ter beschikking stellen van de overheidsdiensten.

6 kernwoorden om de smart city te begrijpen

Slimme steden krijgen te maken met tal van uitdagingen: milieu, goed bestuur, mobiliteit, welvaart, bevolkingsgroei (of vergrijzing)… Enkele kernwoorden vatten samen hoe deze uitdagingen in smart city-projecten worden gegoten:

  • Samenwerken: in de smart city werken de administraties zonder scheidingswanden. Ze wisselen hun gegevens uit en delen hun projecten om de dienstverlening efficiënter te maken en beter af te stemmen op de gebruikers. Dit gaat gepaard met schaalvoordelen.
  • Besparen: de smart city denkt duurzaam, bespaart dus op energie, water, grondstoffen, voeding en financiële middelen om welvarend te blijven in een overgangsperiode, terwijl ze minder vervuilende stoffen uitstoot.
  • Vernieuwen: de smart city moet haar burgers, ondernemingen en administraties aanmoedigen om nieuwe manieren van organiseren, delen, communiceren, produceren… te bedenken, en zodoende de dynamiek van de stad via unieke diensten te vergroten.
  • Integreren: de slimme stad mag niemand over het hoofd zien en moet dus ieders levenskwaliteit verrijken, door het tegengaan van sociale uitsluiting of uitsluiting op het vlak van onderwijs, gender, gezondheid, veiligheid enz.
  • Participeren: de slimme stad is geen echte stad als zij haar bewoners, haar ondernemingen… niet betrekt bij haar projecten. Niemand mag in de smart city aan de kant blijven staan! Participatie is de sleutel tot goed bestuur in de slimme stad.
  • Vereenvoudigen: slimme steden, behalve de zeldzame smart cities die vanaf nul begonnen, hebben allemaal een verleden, met allerlei reglementeringen en gewoonten, soms verouderd, dan weer contraproductief, vaak lijnrecht indruisend tegen de eenvoud van webdiensten.

De 6 actiegebieden van de smart cities

Om uit te groeien tot een smart city, kan een stad op talrijke gebieden aan de slag gaan. Er bestaan zes fundamentele actiepistes om haar doelstellingen in die richting te sturen, volgens de definitie van smart cities van Boyd Cohen, een onderzoeker inzake stedelijke ontwikkeling:

  • Smart economie: het is de stad die zich wil positioneren als een hoofdstad van de nieuwe economie en innovatie, en als aantrekkingspool.
  • Smart governance: het is de stad waarvan de openbare diensten het digitale tijdperk zijn binnengetreden via efficiënte online diensten, wifi of de benutting van in de stad aangemaakte digitale gegevens.
  • Smart environment: het is de stad die haar functies wonen, mobiliteit, economische pool… verzoent en haar voetafdruk op onze planeet verkleint (lager verbruik van energie en natuurlijke rijkdommen en minder vervuilende uitstoot).
  • Smart mobiliteit: het is de stad die zich organiseert om een alternatief te bieden voor files en milieuvervuiling als gevolg van het autoverkeer, door collectieve en duurzame transportmiddelen efficiënter te maken.
  • Smart bevolking: het is de stad die de ontwikkeling van haar burgers bevordert door ongelijkheden ongedaan te maken en opleidingen aantrekkelijker te maken.
  • Smart leefomstandigheden: het is de stad die de top tracht te bereiken op het gebied van bijvoorbeeld gezondheid of veiligheid.
Smart city - model

De rol van de technologie in de smart cities

Slimme steden hebben gemeen dat ze hun diensten en activiteiten efficiënter trachten te maken. Daartoe worden heel uiteenlopende middelen ingezet, met als gemeenschappelijke deler het gebruik van digitale technologie (of ICT, informatie- en communicatietechnologieën). De graad van integratie van ICT in de stadsfuncties geldt soms als het criterium dat slimme steden onderscheidt van andere steden.

De smart city kan worden vergeleken met een lasagne, waarin drie technologische «lagen» mekaar overlappen:

  • Meer bepaald digitale gegevenszijn de grondstof van de almaar groeiende smart city. De «Big Data» zetten gegevens om in nieuwe diensten. Open Data voeden dan weer deze diensten met gegevens van de overheidsinstanties.
  • De infrastructuur omvat alle nodige voorzieningen om deze gegevens beschikbaar te maken, dankzij sensoren (bijvoorbeeld vervuilingssensoren of videocamera’s), telecommunicatienetwerken (optische vezel, wifi) en data centers (waar de gegevens worden opgeslagen).
  • De softwareprogramma’s vormen de ultieme intelligentielaag, die informatie aanmaakt uit gegevens, zoals een mobiele applicatie die de dienstregelingen van het openbaar vervoer, de locatie van een autobus in het verkeer en die van een smartphone vergelijkt, om de gebruiker te melden wanneer zijn volgende bus eraan komt.